Monday, June 22, 2009

Zomerschoonmaak

Een jaar of drie geleden betrok ik mijn huidige idyllische optrekje hier binnen de ring. (voor geïntereseerden, als je naar de kaart van Amsterdam kijkt, zoek iets groot Groens en ga dan een stukje naar Links)

De eerste jaren hier in Amsterdam heb ik vooral studerend gespendeerd. En als ik zeg studeren, dan bedoel ik uiteraard mensen ontmoeten, bier testen, wijnproeven, live muziek bekijken, roken en manisch schrijven tot diep in de nacht. (geen academische essays, overigens) Tot zover was dat allemaal prima, maar op een gegeven moment wordt je toch wakker, op een zomerse juni middag, kijk je om je heen en de realisatie dat de binnen en buitenkant van je huis een vrij accurate gelijkenis vertoont met een sloppenwijk in Rio de Janeiro raakt je als een mokerslag. Gelukkig, als gezonde hollandse jongen ben ik niet zo vatbaar voor ziekten als Cholera, Salmonella, Mexicaanse Griep, Zwarte Pest en Tetanus, maar dit begon toch wel de spuigaten uit te lopen.

Een aantal dagen terug stond ik dus op en besloot iets aan de alomvattende teringzooi te gaan doen. Ik sloeg het dekbed van mij af (een dekbed met een fraai koffievlek / sigarettenbrandmerk motief), stond op, rekte mij eens goed uit en ging met frisse moed aan de slag. Met mijn linkervoet, gehuld in een anti-bacteriële pantoffel, hupste ik de kippenlijken aan de kant en baande ik een weg naar mijn computer. Met een aantal fikse molenwieken hanteerde ik een plumeau van industriële makelij en de bergen van as en vinger/teennagels vliedden van mijn bureau af. Eenmaal mijn keyboard onder de nucleaire uitval gelokaliseerd te hebben, startte ik een Winamp op en zette ik I Want To Break Free van Queen op maximaal volume op. Bij de eerste noten schrokken een tweetal nesten met wasberen op en verlieten hun nesten voor mijn boxen en sprongen behendig uit het raam.

Ik trok mijn roze rokje en panty aan en begon aan de ondenkbare klus van het schoonmaken van mij appartement. Ik begon met het vullen van vuilniszakken met alle losslingerende rotzooi. De kippenlijken, versteende bananenschillen, pizzadozen, flessen zonder statiegeld, stapels oude kranten, met bloed besmeurde veren boa's, lege pennen, kromme samuraizwaarden en dode planten vulden tezamen zo'n zak of 18. Onder het gewoel kwam ik ook een lijk van een deurwaarder tegen, maar met een paar goede slagen met een hakbijl, wat vuilniszakken en een goede meter ducttape was ook dat zo verholpen.

Vervolgens bouwde ik een sopje en begon eens te kijken of mijn houtwerk misschien toch wit was onder de gele nicotineveneer. Twaalf schuursponsjes later bleek er inderdaad een roomwitte verf onder te verschuilen en ik vierde deze ontdekking door als Columbus een eitje te breken en wel in een koekenpannetje voor de lunch.

Na de lunch pakte ik mijn rubberen handschoenen en stungun en ging ik de badkamer in. Na de stungun leeggeschoten te hebben op het vuige broertje van Baloe die van mijn toilet zijn grot gemaakt had, volgde hij de weg van de wasberen uit het raam. (was wel proppen, maar zo'n stroomstoot uit een stungun doet wonderen). Na een aantal uren daar vertoefd te hebben waren mijn tegeltjes ook weer vrolijk wit en mijn knietjes pijnlijk rood. Gelukkig waren de geuren van het bleek onderhand ook naar mijn hoofd gestegen dus ik dacht ondertussen dat ik een regenboog-kleurige zebra was - vrolijk hinnikend met de maat mee van Queen's schoonmaak volkslied paradeerde ik in mijn roze rokje door mijn ontsmette woninkje.

Ik werd dan ook veertig minuten geleden wakker op een verkeerseiland, gekleed in een vrij ongemakkelijk, roze niemendalletje en spoedde mij naar huis en ik kan je vertellen, na zo'n zomerschoonmaak is het héérlijk thuiskomen.

No comments:

Post a Comment